IBC-Link   Zang   IUCN-Redlist   Birdlife-Link

Reichenow edelzanger, Reichenow geelstuit edelzanger

Crithagra reichenowi (Serinus reichenowi)

Geografische verspreiding en biotoop

De Reichenow edelzanger komt in de natuur voor in het oosten van Afrika; Soedan, Ethiopië, delen van Oeganda, Kenia, Somalië en Tanzania. In Kenia is vastgesteld dat deze Crithagra soort in september/november wegtrekt en terug keert in april/juni; in de andere delen van het verspreidingsgebied is daar geen melding van. De Reichenow geelstuit edelzanger wordt vooral waargenomen in zeer droge gebieden met minimale neerslag met weinig, lage begroeiing. Crithagra reichenowi zoekt voedsel op de grond. Aangenomen wordt daarom dat deze vogels voornamelijk leven van vegetarisch voedsel als onrijpe (gras)zaden dat op de grond is gevallen. De nesten worden gevonden in het regenseizoen als het voedselaanbod groter en gevarieerder is. Dat seizoen verschilt per gebied en kan zich over het hele jaar uitstrekken.

Grootte 11 cm

Geslachtsonderscheid en ondersoorten

Man en pop zijn qua uiterlijk praktisch gelijk. De koptekening van de man zou wat helderder en scherper afgetekend zijn. Jonge vogels zijn valer en bruiner dan volwassen vogels en tonen meer bestreping op de borst. Er zijn geen ondersoorten van C. reichenowi beschreven. Er is wel melding van dat de vogels uit het noorden van het verspreidingsgebied helderder en grijzer zijn dan de vogels uit het zuiden van het natuurlijke woongebied. Aanvankelijk werd deze Crithagra soort, evenals C. xanthopygia (Geelstuit edelzanger) beschouwd als ondersoorten van C. atrogularis (Zwartkeel geelstuit edelzanger).
Redenen om de Reichenow edelzanger tot zelfstandige soort te verheffen zijn: Het van C. atrogularis gescheiden verspreidingsgebied en de van C. atrogularis en C. xanthopygia afwijkende verschillen in kleur en tekening (crème-witte voorhoofdsband/oogstrepen en zwartbruine baardstrepen en een crème-witte keel)

Bijzonderheden

De Reichenow edelzanger werd en wordt wel verwisseld met de Geelstuit edelzanger (C. xanthopygia) doch heeft meer koptekening en een lichtere buikkleur. De gele stuitkleur is de duidelijke overeenkomst met C. atrogularis en C. xanthopygia. De Reichenow edelzanger zou verder nog verward kunnen worden met C. reichardi (Miombo cini) die echter geen gele stuit heeft. De kweektijd – het best in ruime kweekkooien – kan het hele jaar door zijn. Kweekkonditie is vast te stellen aan de hand van de zang van het mannetje, het voeren van de pop door de man en door de zichtbare ontwikkeling van de geslachtsorganen. Reichenow edelzangers worden gevoerd met een mengsel van gierst of milletsoorten, aangevuld met graszaden, slazaad en onkruidzaden. Vreedzaam ten opzichte van soortverwanten zijn deze cini’s niet bepaald; zeker niet in de voortplantingstijd. Ringmaat 2,5 mm.

(15-10-2019)